In de eerste aflevering van onze podcast vertellen wij het verhaal van Lodewijk Pincoffs. Voor het verhaal hebben wij gebruik gemaakt van vele boeken en bronnen.

Belangrijk werk is natuurlijk Bram Oosterwijk's biografie van Pincoffs en daarnaast het gepubliceerde dagboek van Lodewijk Kerdijk, en voor de geschiedenis van de eerste accountants het boek van Johan de Vries. Voor een vergelijking tussen de ontwikkeling van accountancy in Nederland ten opzichte van andere landen in het begin van de 20e eeuw is het boek van Nijst 'De accountant als controleur' een leesbare handleiding. 

Om een doorlopend verhaal te maken hebben wij elementen van het verhaal deels geromantiseerd. Om de nuances weer te geven: 

Gedeeltelijk hebben wij wat punten aangepast - de grote brand bij Banana vond plaats na de dood van Lodewijk Kerdijk, maar er zijn meer branden bekend bij handelspunten aan de Westafrikaanse kust. Ook stond Lodewijk Kerdijk juist bekend als een echte gentleman en betrouwbare handelaar, maar het geschetste beeld van de handel is in zijn algemeenheid kenmerkend voor de tijd. 

De indrukwekkende roman van Joseph Conrad, 'Heart of Darkness' over een reis in dienst van een niet nader genoemde Belgische maatschappij speelt zich later af maar toont wel de rauwe werkelijkheid van koloniaal Afrika.


De andere Rotterdamse geslachten die zijdelings een rol spelen zijn Hendrik Müller Sz. en zijn zoon Hendrik, deels handelend in combinatie met de schoonfamilie van Rijckevorsel en deels voor eigen rekening. In hoeverre en waar de Müllers en de Kerdijks elkaar precies zijn tegengekomen is niet na te gaan, wel zullen ze regelmatig elkaar zijn tegengekomen in de handel - Hendrik Müller zelf in ieder geval niet in Kabinda. Ondanks dat ze de grote handelaren waren kwamen noch Müller Sz. (senior) noch Pincoffs ooit in Afrika. Wel werden niet-Europese medewerkers van de bedrijven vaak met de achternaam van de bedrijfseigenaar aangemerkt. 

In de eerste instantie in gescheiden gebieden (Müller in de Goudkust, Mozambique en Zuid-Afrika en Kerdijk rond de Congo-rivier) maar handelend in gelijke producten en met gelijke afnemers zullen ze regelmatig in elkaars vaarwater gezeten hebben. Marten Mees was in ieder geval (in de hoogtijdagen) een gezamenlijke vriend.

De kaart hierboven toont de in de podcast genoemde plaatsen.

Müller zat met name in Ghana en Liberia (Muller Sz. was consul in Liberia). De formele relatie van het stuk Nederland stopte in 1871 (geruild met de Engelsen tegen een stuk Sumatra), maar de invloed van Nederlandse handel bleef zeer sterk in het betreffende stuk Afrikaanse kust. 

Pincoffs wordt beschouwd als de geestelijk vader van Rotterdam-Zuid, waarbij Pincoffs de bouw van havens in dat stuk op zich zou nemen. Op voorwaarde van deze aanleg zou de gemeente en het Rijk ieder ook een deel van de uitbouw en verdieping van andere delen van het Havengebied op zich nemen. Pincoffs was dus niet de enige die bezig was met de Rotterdamse Haven, maar duidelijk wel de kartrekker van het geheel.


Uiteindelijk zijn op veel punten nog nuanceringen te maken: wij menen over het algemeen een goed beeld te schetsen van de gang van zaken, en waarom accountants als beroepsgroep en de vraag naar transparantie over bedrijfsresultaten ontstonden en nog steeds nodig en nuttig zijn.


Verder verwijzen wij naar Georg Simmel's 'Philosophie des Geldes', Stephan Jay Gould's 'The structure of evolutionary theory' en Francis Fukuyama's 'The end of history and the last man'.

De bladmuziek van 'Geflatteerd', uit 1879 is op twee punten aangepast waar de tekst verwijst naar de Joodse afkomst van Pincoffs. Gezien de antisemitische reactie van een deel van zijn tijdgenoten op het schandaal leek die verwijzing ons onnodig en niet relevant.